Overpeinzingen van lezers naar aanleiding van De houdbaarheid van woorden.
Aan Anne van Amsterdam
Amsterdam, 8 mei 2025
Dag Anne,
Op 2 november van het vorige jaar heb ik, tijdens de feestelijke presentatie in Ratatouille, je nieuwste boek De houdbaarheid van woorden gekocht. De aankondiging en enkele van de kritische voorlezers die middag maakten me nieuwsgierig.
De wereld van de hoogopgeleide professionals Eva en Lukas is me zeer vertrouwd. Ook de terugkerende rituelen van het voorbereiden van papers voor conferenties, het reizen naar congressen in mooie steden, het logeren op vakantie-achtige adressen, zijn me verwant; en natuurlijk het ontmoeten van vakgenoten en belangstellenden buiten de afgebakende ruimten van de reguliere werkplekken in de instituten waar we doorgaans achter beeldschermen ons werk doen. Het conferentiecircuit lijkt soms op een gekoesterde vrijplaats, waar naartoe je kunt ontsnappen, als de muren van de eendere afdelingskamers thuis op je af komen. Onder het mom van wetenschappelijke uitwisseling en kritische beschouwing krijgt het verlangen naar spannende ontmoetingen en onvervulde wensen ruim baan.
Ik kan de onweerstaanbare charme van Lukas heel goed navoelen. Je komt doorgaans weinig mannen tegen die van nature zo attent zijn, op gepaste momenten lieve woorden zeggen, rustig de tijd nemen, en kleine cadeautjes geven zonder poenig te willen doen. En dan ook nog op gevorderde leeftijd zo heerlijk aantrekkelijk. Zijn toenadering tot Eva is voor mij volkomen geloofwaardig. Ik snap ook dat Eva in de loop van de tijd graag verder wil en steeds meer moeite krijgt met haar rol van geheime minnares. Het is bewonderenswaardig hoe ze zichzelf wapent tegen het gevoel van op de tweede plaats te moeten komen ook al schept Lukas de verwachting dat dit niet zo zou zijn. De contacten die er wel zijn maken al het ongemak, het verdriet en de zeurende eenzaamheid beter te verdragen.
Knap hoe gaandeweg Eugenie opduikt en zich steeds meer manifesteert als een machtige manipulator, wat uiteindelijke groteske vormen aanneemt, tot en met een kinderlijkje in de tuin. En dan die volwassenen kinderen die het beste voor hebben met hun vader, hem alle geluk toewensen, maar niet in staat zijn hem een nieuwe geliefde te gunnen. Langzamerhand blijkt hoe de aantrekkelijke, attente, charmante, intelligente, geïnteresseerde Lukas, - die alles in zich heeft om voor een geëmancipeerde wetenschapper de gedroomde minnaar te zijn – een ongelooflijke slappeling en lapzwans blijkt te zijn en geen principiële beslissingen in zijn leven kan nemen, en daardoor Eva laat bungelen, en ten slotte laat vallen.
Op een ander vlak lukt het Lukas ook maar niet om gedurende de gehele affaire met Eva een onderzoeksvoorstel in elkaar te zetten en op te sturen. Hij lijkt gemotiveerd, doet alles om een aansluiting te krijgen met de academische wereld, waar hij kennelijk naar verlangt, is intelligent en lijkt ambitieus. Eva is onvermoeibaar bereid hem daarbij te helpen. Of is het slechts een voorwendsel om bij elkaar in de buurt te komen? Misschien toont het op dezelfde manier wel een vergelijkbare slapte en besluiteloosheid om zelf stappen te zetten. Ik begrijp niet dat Eva daar niet genoeg van krijgt, juist omdat zij in haar eigen werk zo gedisciplineerd en doortastend is.
Misschien doet ook hier haar verlangen naar de romantische liefde zijn werk. Levend in een harde, competitieve wereld, waarin al het persoonlijke naar de achtergrond moet verdwijnen, is het geloof in het sprookje van de onweerstaanbare prins op het witte paard, wellicht onderdrukt en onbewust, aanwezig. Het onvervulde verlangen naar affectie vergoeilijkt veel, ook dat wat slappe eikels zich permitteren.
Het romantische sprookje, waarvan je je kunt afvragen waarin de wederzijdse aantrekkingskracht van beide gelieven nu echt zou schuilen, blijft toch het ideaalplaatje voor veel relaties. Zou het mogelijk zijn om het menselijke emancipatieproces nog verder op te rekken zodat we van dat beeld los kunnen komen? Dat je verbindingen kunt aangaan zonder in de verstikkende val van de romantische liefde, jaloezie, gekwetstheid en vernedering te vallen? Dat je met meerdere partners iets kunt hebben, om verschillende redenen, terwijl je je onafhankelijkheid niet verliest, geen eisen stelt, en zonder al te veel verdriet de knop om kunt draaien als het niet meer levensvatbaar blijkt te zijn. Ik merk dat Eva hierin veel levenservaring heeft opgedaan, en zich sterk bewust is van wat ze wel en niet meer wil. En desondanks laat ze zich uiteindelijk door Lukas toch opnieuw ongelukkig maken.
Maar ik heb misschien makkelijk praten, zeker zolang er geen kinderen in het spel zijn, is mijn ogenschijnlijke vrijblijvendheid, gepaste afstand en emotionele zelfbescherming makkelijker te beredeneren. En tegelijkertijd lijkt deze vrijheid een soort rationeel bedachte moderne armoede.
Beste Anne,
Je merkt dat jouw nieuwe boek me stevig bezighoudt. Je hebt me een groot plezier gedaan door het schrijven. Het heeft me opnieuw aan het denken gezet over het onvermogen om iets van het leven te maken zolang je je toestaat om in de romantische liefde te geloven. Los daarvan heb ik genoten van de heerlijke taal, de rijke reisverhalen, de herkenbare werking van de wetenschapsbeoefening, en de warme beschrijvingen van wat een intieme relatie vermag.
Veel dank daarvoor,
Joseph Kessels